door Naomi Hoever
Het voornemen van de overheid om in het district Para twee casaveproductiebedrijven op te zetten, staat volgens districtscommissaris Jerry Miranda nog recht overeind. Het ene bedrijf zal nabij Matta verreizen, terwijl het andere op Powakka komt te staan. Het terrein nabij Matta wordt bouwrijp gemaakt.
Het bedrijf van Powakka kan nog niet van start, omdat er in het buitenland geen machines worden vervaardigd met een productiecapaciteit van 10.000 kilogram per dag. De overheid heeft een machine laten ombouwen om deze hoeveelheid wel te kunnen verwerken. De bedoeling is de cassave tot meel te verwerken. In het buitenland wordt er gewerkt met veel grotere machines die wel 400.000 kilogram per dag kunnen verwerken.
“De lokale bevolking draagt zorg voor de beplanting. Al zou heel Para cassave planten, kunnen we niet aan de gevraagde hoeveelheid voldoen. De overige districten moeten ook planten.” Volgens Miranda lopen er al afspraken met het buitenland. Als voorbeeld haalt de burgervader het gebruik van tapiocapoeder aan, in China. Dit product wordt onder andere met cassave vervaardigd. “Als alle burgers in China een halve theelepel tapiocapoeder per dag gebruiken, kunnen wij de hoeveelheid niet produceren gelet op de miljarden bevolking van het land.”Volgens de dc is de opdracht aan alle Paranen gegeven om op hun achtererf te planten. “Er moet voldoende geplant worden.” Miranda verzekert dat de afzet gegarandeerd is. “U hoeft er niet mee op de markt te zitten. Op het moment dat u cassave heeft, hoeft u alleen contact maken. De cassave wordt gewogen en u wordt betaald.”
Eenieder mag zijn terrein bouwrijp maken om te planten, maar er is een certificering aan verbonden. Niet alle bomen op het terrein mogen verwijderd worden. “Men moet op de manier van Inheemsen en Marrons planten”, zegt de burgervader. Een deel van de beplanting moet blijven. Dit alles wordt de bewoners aangeleerd. Wanneer de Paranen dit onder de knie hebben, gaat het project van start.-.